Duits-Nederlands

Vertaling van Duitse brei-termen in het Nederlands

Vertaling van brei-termen

DUITSNEDERLANDS
AbhebenAfhalen
AbkettenAfkanten
AbnehmenMinderen
AbwachselndElke 2 naald
AbwechselndAfwisselend
AnfangBeginnen
AnschlagenOpzetten
Arbeit wendenKeren
ArmausschnittArmsgat
ArmelMouw
ArmelbundchenMouwboord
AusarbeitenAfwerking
BeschreibungBeschrijving
BundchenmunsterBoordsteek
DoppelmascheDubbelsteek
DurchDoor
Faden hintenDraad achter het werk
Faden nach vorne holenDraad voor het werk
FarbeKleur
Folgender, NachsterVolgende
FolgtVolgt
FormVormen
FortsetzenVervolgen
GarnGaren
Glatt rechtsTricotsteek
GrammGrammen
GrosseMaten/ afmetingen
GrundfarbeAchtergrond kleur
HalsausschnittHals
HilfsnadelStekenhouder
JackeVest
KnopfKnoop
KnopflochKnoopsgat
KreuzenCross
KreuzenKruisen
Linker Seite der ArbeitVerkeerde kant van het werk
Links arbeitenAverechtse steek
Links verschrankt strickenAchter insteken
Links verschrankt strickenGedraaid averechts breien
MalMaal
Masche fallen lassenEen steek laten vallen
Masche linksaverecht
Masche rechtsrecht
Masche zunehmensteek meerderen
MaschenSteken
Maschen rechts zusammen strickensteken recht samenbreien
Maschen ruhenlassenResterende steken bewaren
Maschen verkreuzenSteken kruisen
MaschenprobeStekenproef
MunsterPatroon
Nachste ReiheVolgende naald
NadelsNaalden
NoppeNop
PerlmunsterGerstekorrel
PulliTrui
RandKant
Rand oder KanteRand
RandmascheKantsteek
Rechte Seite der ArbeitGoede kant van het werk
RechtsRecht (breien)
Rechts strickend aufnehmenRechtbreiend opnemen
Rechts verschrankt strickenGedraaid recht breien
ReiheToer
RestlichenResterende/ overige
RippenRibbelsteek
RuckenAchterpand
RuckenteilRugpand
RundstrickenRondbreiwerk
RundstricknadelRondbreinaald
Schlaufe, SchlingeLus
SchulterSchouder
StrumpfstricknadelnNaalden zonder knop
Uberzogenes abnehmenOverhaling
UmslagOmslag
UngefahrOngeveer
VorderteilVoorpand
WiederholenHerhalen
ZahlmusterTeltekening
ZopfKabel
ZopfnadelKabelnaald
ZunehmenMeerderen
ZusammenSamen